Beveiliging
-
Aanbevolen beveiligingsinstellingen (Recommended security settings)
Hiermee kunt u de aanbevolen beveiliging instellen die geschikt is voor uw omgeving. Raadpleeg de Navigator voor beveiligingsinstellingen voor meer informatie over elke instelling.
-
Wachtwoord beheerder instellen (Administrator password setting)
-
Inst. standaardgebruikersmodus (Standard user mode settings)
Selecteer Inschakelen/Uitschakelen voor de standaardgebruikersmodus.
-
TLS-serverinstellingen (TLS server settings)
Maak instellingen met betrekking tot certificaten voor gecodeerde communicatie.
Met Geavanceerde TLS-instellingen (Advanced TLS settings) kunt u het bereik opgeven van de te gebruiken TLS-versies, het te gebruiken algoritme, enzovoort.
-
IEEE802.1X/EAP-instellingen (IEEE802.1X/EAP settings)
-
Verificatie (Authentication)
Selecteer een verificatiemethode voor IEEE802.1X/EAP-verificatie.
Opmerking-
Als u een IEEE802.1X-certificaat gebruikt, kiest u Beveiliging (Security) > IEEE802.1X/EAP-instellingen (IEEE802.1X/EAP settings) > CA-certificaat (CA certificate) en registreert u het CA-certificaat.
-
Ondersteunde verificatiemethode
-
EAP-TLS (Extensible Authentication Protocol-Transport Level Security)
-
EAP-TTLS (EAP-Tunneled TLS)
-
PEAP (Protected EAP)
-
-
-
Sleutel- en certificaatinstellingen (Key and certificate settings)
Kies instellingen voor het sleutel- en clientcertificaat.
-
CA-certificaat (CA certificate)
Kies instellingen voor het CA-certificaat waarmee een servercertificaat wordt geverifieerd.
-
IEEE802.1X/EAP in-/uitschakel. (Enable/disable IEEE802.1X/EAP)
Schakel IEEE802.1X/EAP-verificatie in of uit.
-
-
IPsec-instellingen (IPsec settings)
Als deze optie is ingeschakeld, kunt u de IPsec-beveiliging instellen.
-
Printerinstellingen importeren (Import printer settings)
Hiermee importeert u de beveiligingsinstellingen van de printer.
-
Printerinstellingen exporteren (Export printer settings)
Hiermee exporteert u de beveiligingsinstellingen van de printer.
-
Beveiligingsbeleid (Security policy)
Hiermee kunt u het beveiligingsbeleid instellen en de instellingswaarden controleren.
-
Versleutelingsinstellingen (Encryption settings)
Hiermee kiest u instellingen met betrekking tot codering.
-
Instellingen wachtwoordbeleid (Password policy settings)
Hiermee stelt u het minimale aantal tekens en combinaties van tekens in dat kan worden ingesteld voor de printerwachtwoorden, zoals het beheerderswachtwoord.
-
Vergrendelingsinstellingen (Lockout settings)
Hiermee kiest u instellingen voor de functie waarmee bewerkingen worden vergrendeld waarvoor het wachtwoord moet worden ingevoerd als het onjuiste wachtwoord een bepaald aantal keren wordt ingevoerd op het wachtwoordinvoerscherm.
-
USB-instellingen (USB settings)
Hiermee kiest u instellingen met betrekking tot de USB-verbinding.
Opmerking
-
Raadpleeg de Beveiligingsgids voor meer informatie over Beveiligingsinstellingen (Security settings).
